Aan de ontwikkeling van mens, mensheid en wereld werken hogere, geestelijke wezens mee. Ze worden onderverdeeld in drie hiërarchieën van elk drie engelenkoren:
Eerste Hiërarchie
Serafijnen, de geesten van de alomvattende liefde nemen direct het scheppingslicht in hun wezen op.
Cherubijnen, de geesten van de harmonie dragen in hun wezen de hele schepping.
Tronen, de geesten van de wil offeren hun wil, opdat uitgevoerd wordt wat anderen slechts nog kunnen denken.
Tweede Hiërarchie
Kyriotètes, de geesten van de wijsheid schenken al het leven.
Dynameis, de geesten van de beweging leven in gemoedskrachten en scheppen de natuurritmen.
Exousiai, de geesten van de vorm leggen alles wat aan vluchtige gestalten en bewegingen is ontstaan vast in blijvende vormen.
Derde Hiërarchie
Archai, de geesten van de persoonlijkheid zijn de leiders van de grote cultuurperioden.
Archangeloi, de aartsengelen verbinden zich met groepen mensen.
Angeloi, de engelen staan het dichtst bij de mens: als beschermengel waken zij over onze individualiteit.
In de christelijke traditie spreekt men over Serafijnen, Cherubijnen, Tronen, Heerschappijen, Machten, Krachten, Vorstendommen, Aartsengelen en Engelen.
In de antroposofie gebruikt men ook de volgende benamingen: Geesten van de Liefde, Geesten van de Harmonie, Geesten van de Wil, Geesten van de Wijsheid, Geesten van de Beweging, Geesten van de Vorm, Geesten van de Persoonlijkheid/Tijdgeesten, Vuurgeesten, Zonen van het leven.